Je moet het verleden laten rusten, zegt ze heel resoluut. Het gaat erom dat kinderen nadenken over de toekomst. Wat willen ze worden. Hoe gaan ze dat doen?
Ik had een kennismaking met een nieuwe vrijwilliger in een buurthuis en samen zaten we in een heerlijke positieve bubbel van nieuwsgierigheid naar elkaar en herkenning van hoe we de wereld graag zien en wat wij daaraan willen bijdragen. De mevrouw was net klaar met een activiteit en zocht een zitplek om van schoenen te wisselen. Zo kwamen wij met zijn drieën in gesprek. Wat hebben kinderen eraan om oude verhalen te horen? Waarom moeten wij steeds blijven vertellen over waar we vandaan komen? Ze zag er het nut niet van in en was geïrriteerd. De enige reden om zo'n project te doen is geld verdienen. Verhalen delen is zinloos. Ze was blij dat ze niet leerling op een school was waar wij gastlessen geven. Met een gek gevoel zit ik in de trein naar Bunnik. Ik begrijp haar wel. Veel van haar betoog over er (niet) bij horen, Nederlanders, (minder) kansen, (niet) geaccepteerd worden heb ik in diverse vormen van jong en oud gehoord. Feedback ontvangen we gretig want kan ons project alleen maar beter maken. Wat me volgens mij dwars zit is dat ze niet geïnteresseerd was in ons verhaal. Ze had ons verhaal in haar hoofd al klaar. Niks wat we haar zouden vragen of uitleggen zou daar verandering in brengen. De vrijwilliger bleek een dikkere huid te hebben dan ik.. ik bleef maar uitleggen waarom we doen wat we doen en voorbeelden geven van mooie ontmoeting. En precies wat hier gebeurt illustreert de drijfveer van De emigratie generatie. Want hoe kun je samenleven zonder interesse in elkaar? Wat betekent het voor contact als je uitgaat van een set vooroordelen, gebaseerd op wat je eerder hoorde, zag, las, op je angst of wat je zelf meemaakte? Ik begrijp denk ik redelijk waarom mensen zich terugtrekken achter een pantser van onverschilligheid, boosheid, of ontoegankelijkheid. Graag had ik vandaag een barstje in een pantser veroorzaakt.
0 Comments
Het is donderdagochtend voor kerst en ik zit in de bibliotheek in Overvecht (een wijk waar ik veel tijd heb doorgebracht dit jaar) naast een oudere dame met een paarse glittertrui en bijpassende lippenstift. In haar kerststukje heeft ze een paarse kaars gestoken. Als eerste kwam ze binnenlopen voor de activiteit kerststukjes maken, en terwijl ik haar van een ‘bakkie’ voorzag en een lekker koekje, vertrouwde ze me toe: “ik woon al 45 jaar in deze wijk, en ik ben bang dat ik bijna niemand ken vanochtend”.
“Toen mijn buren gingen verhuizen hoopte ik heel erg dat ik Nederlandse buren zou krijgen. Want de flat waar ik woon, ik ben de enige Nederlandse die nog over is. Iedereen is in de loop der jaren weggetrokken. Ik kreeg geen Nederlandse buren. Er kwam een Syrische vluchteling wonen. Een man alleen, recht uit het AZC. Het eerste jaar kon ik het niet bijhouden, zoveel verschillende mensen er bij hem logeerden. Maar na een jaar kwamen zijn vrouw en twee jonge kinderen ook hier, en bouwden we een beetje contact op. Zo kwam ik erachter dat hij een dokter is. Zijn diploma’s zijn niks waard hier, hij moet zijn studie helemaal opnieuw doen. Te beginnen met Nederlandse les. Mijn buurman vroeg mij of ik eens koffie wilde drinken met zijn vrouw. Nou, dat wilde ik best. Zij spreekt nog nauwelijks Nederlands, maar heeft een app op haar telefoon waardoor we toch wat kunnen praten. Mijn buurvrouw had een kapperszaak in Syrië, en ik heb haar gevraagd mijn haar te doen voor kerst. Dat vind ik wel spannend, want wat als ze me niet goed begrijpt? Ik heb mijn haar ook eens laten doen in Spanje, dat pakte niet goed uit. Ik denk dat ik de buurman maar vraag om te tolken. Op een keer had ik wat vis gekocht op de markt en vroeg ik hen tips om het lekker klaar te maken. Ik was een beetje onzeker, meestal koop ik geen vis. Ik werd bij hen thuis uitgenodigd, ze zetten een heerlijke vismaaltijd op tafel en we hadden een hele gezellige avond. Inmiddels heb ik er al drie keer gegeten. En ook drinken we vaker koffie. Ik geniet heel erg van het contact met dit jonge gezin en de twee kindjes van drie en zes jaar oud. Mijn eigen kinderen zijn het huis uit, mijn man is er niet meer. Mijn Syrische buren willen niet in de flat blijven wonen maar van mij mogen ze blijven! Ik had achteraf geen betere buren kunnen verwachten.” In de zomervakantie stond dit boek in het biebje van een Zuid Franse camping. Wat een cadeautje. Want het verhaal is tegelijk hoopvol en ontluisterend. Actueel en van alle tijden. Een jongen uit een migrantenfamilie op zoek naar zijn 'Amerikaanse droom' beleeft een groot aantal avonturen in de VS en Jemen. In het begin is er nog niks aan de hand maar langzamerhand wordt duidelijk dat ze niet kunnen blijven.. Het is zo'n mooie metafoor. Als je de goede deur vindt, kan je vluchten naar een betere wereld. Waar je niet bepaald warm wordt ontvangen. Vriendschap en liefde, ligt dat ver uit elkaar? En zo tastbaar hoeveel verdriet er bij afscheid komt kijken. Hoe werkt dat eigenlijk, een nieuw leven beginnen op een andere plek? Dit boek tilt een tipje van de sluier op. Migratie is van alle tijden, en onrecht ook. In dit boek lees je het levensverhaal van een Cubaanse slavin en een zigeunermeisje uit Sevilla. Ze ontmoeten elkaar in Andalusië, in de tijd dat de flamencomuziek ontstaat, en komen voor veel uitdagingen te staan. Ik vind het knap hoe de schrijver me meenam naar een andere tijd en een ander land. In oktober was ik in Sevilla en fietste ik door de straatjes van Triana, de voormalige zigeunerwijk en ik zag het allemaal voor me.. Haar verhaal begint in de jaren '30 in een klein Joods stadje in Polen en eindigt op Curacao, waar Janina nog steeds woont. Ik leende het boek van een vriendin die er woonde. In Nederland is het minder bekend maar het is absoluut de moeite waard. Een mooi boek en tegelijk zo verdrietig. De titel is zo pakkend dat ik bijna kan voelen wat Janina gevoeld moet hebben toen haar moeder ervoor zorgde dat ze de enige kans op ontsnapping van de nazi's wel moest pakken: Ren Janina Ren! Het leuke aan dit boek is dat het zo echt is. Authentieke personen, die gewoon zijn wie ze zijn, en juist daardoor beleef ik het leesplezier dat ik ook heb bij magisch realistische boeken zoals die van Isabel Allende of Gabriel Garcia Marquez. Je gaat houden van de hoofdpersoon, en leeft intens mee. Je zou hem wel willen knuffelen, terwijl je aan alles merkt dat hij daar helemaal niet op zit te wachten.. een knuffel van een onbekende lezer ;0) Via via leerden we elkaar kennen. Hij, op zoek naar iemand om samen met hem zijn levensboek af te maken. En ik had net een levensboek klaar en daarom ruimte voor nieuwe verhalen. Ik weet nog goed dat ik voor het eerst aan de Woudenbergse keukentafel zat, een kopje koffie voor mijn neus. Gewone oploskoffie, zoals mijn vader die ’s ochtends drinkt tijdens het krant lezen. De koffie was met zoveel enthousiasme gemaakt dat het niet anders dan heerlijk kon smaken en ik voelde me thuis. Dat we uiteindelijk (met tussenpozen) twee en een half jaar kopjes koffie zouden drinken, dat hadden we denk ik allebei niet verwacht. Sjaaks keuze was vlug gemaakt. Hij had ook een gesprek gehad met een meneer van een levensverhalenbureau. Te formeel. Niet flexibel. En die meneer was ook niet gezellig. Dus ging hij in zee met Van Vroeger Voor Later.
Het geheugen aan het werk Soms dacht ik; daar gaat hij spijt van krijgen! Want we maakten samen flinke meters, dat eerste jaar, en er kwamen steeds meer verhalen bij, die allemaal een plek in het boek moesten vinden. Mooi om te zien hoe het geheugen aan het werk was, hoe er hulptroepen werden ingeschakeld, hoe het gesprek werd aangegaan op familiefeestjes om de herinneringen te verifiëren, hoe fotoboeken werden opgediept. Het bracht mij in de rol van grenzen stellen en keuzes helpen maken. Want hoe je het ook wendt of keert, een heel mensenleven past met geen mogelijkheid tussen twee kaften. Dus visualiseerden we een toekomstige lezer, die niet verdwaald wil raken in een soort encyclopedie, maar die met mooie verhalen door de geschiedenis wil wandelen, stilstaand bij gezamenlijke tijden of plaatsen. De tijdlijn Alle informatie werd in eerste instantie op een tijdlijn geplaatst. Zo kwam er een duidelijke hoofdstukstructuur tot stand. Na lange ochtenden praten, uitwerken, schrijven en redactie werden de eerste concept-versies een feit. En kwam de vraag; hoe gaan we deze mooie verhalen en beelden samen laten komen in een boek. Gelukkig was daar Leoniek van der Vliet. Een buurvrouw uit Bunnik met wie het fijn samenwerken bleek. Leoniek bewerkte en restaureerde oude foto’s en maakte nieuwe. En met engelengeduld en veel liefde zette ze de teksten en de foto’s bij elkaar in het opmaakprogramma Indesign. Op haar beeldscherm zagen we een eindresultaat geboren worden. De cirkel rond Het meeste genoot ik van de gesprekken die we voerden over zijn leven. We maakten tijdreizen van de Tweede Wereldoorlog naar de Elfstedentocht van ’63. En van kwajongensstreken op het platteland van de jaren ’50 via een ondernemers carrière naar avontuurlijke pelgrimstochten na de verkoop van het bedrijf. De rol van interviewer vind ik heerlijk. Ik moet dan, omdat ik mijn werk goed wil doen, gewoon alles vragen wat mijn nieuwsgierige hart me ingeeft. En dan hoor je nog eens wat. Zo vorm je je ook een beeld van iemands omgeving. Familie. Vrienden. Plekken. Dat maakte het extra leuk dat er bij wijze van boeklancering een familie reünie werd georganiseerd. Waar alles bij elkaar kwam. De beelden, de verhalen, de mensen, de sfeer. Er staat weer een extra boek in het rijtje in mijn kast, en ik draag deze verhalen voorlopig met me mee. “It’s a beautiful thing when a carreer and a passion come together!”. Meer weten over het levensboek van Sjaak van der Worp, die opgroeide in Schalkwijk, en al meer dan 40 jaar in Woudenberg woont? Het boek is hier in te zien en ook te koop (20 euro). Zelf op zoek naar hulp bij het optekenen van je levensverhaal? Van Vroeger Voor Later denkt graag mee hoe je je doelen kan bereiken (en dat kan op veel manieren). De foto bij deze blog is gemaakt door Leonie van der Vliet, meer informatie over haar werk en contactgegevens zijn te vinden op haar website en Facebook. Ik schrijf dit stuk vanuit het Deelkantoor, dat ik (witte, hoogopgeleide, sociaal ondernemende vrouw) deel met vier andere witte, sociale, ondernemende vrouwen met een hoge opleiding. En de kans is groot dat jij, lieve lezer, ook een aantal van voornoemde eigenschappen hebt.
Toen ik ‘Verlangen naar verbinding’ las, van Brené Brown, moest ik aan De emigratie generatie denken. Het boek geeft inzicht in processen van polarisatie. Mensen zoeken steeds meer contact met politieke en ideologische gelijkgestemden. We voelen ons in toenemende mate verbonden door gedeelde angst voor (of minachting van) andere groepen. We lopen bij elkaar vandaan en delen onze ervaringen niet meer buiten onze eigen kring. Daardoor worden we steeds eenzijdiger/ extremer in ons denken en nemen we alleen feiten tot ons die onze overtuigingen ondersteunen. Respondenten in het onderzoek van Brown geven aan dat ze banger zijn dan vroeger om het oneens te zijn in een discussie. Ze willen niet buiten de groep vallen. Maar Brown heeft juist ontdekt dat om erbij te horen, je niet moet veranderen wie je bent en wat je denkt. Nee, er echt bij horen vraagt van ons om te zijn wie we zijn. Vorig jaar bezocht ik een erg leuke cabaretvoorstelling over wiskunde en voetbal. De cabaretier, Jan Beuving, een aanrader, maakte mooi gebruik van zijn ambigue identiteit ergens tussen wiskunde, voetbal en cabaret. In zijn voetbalteam, vertelde hij, zaten allemaal verschillende types, wat tot een mooie dynamiek en veel sterke verhalen leidde; ideaal om op een podium uit de doeken te doen. Je zou misschien denken; opdeling in sociale groepen van mensen die op elkaar lijken; ideaal! Dan zal iedereen het wel heel fijn hebben met elkaar. Helaas bleken met de opdeling ook de eenzaamheid en de angst toe te nemen. Gelukkig komt de onderzoeker in haar boek ook met oplossingen. ‘Inzoomen’ is er één van. Het is moeilijk om een hekel te hebben aan mensen die je van dichtbij kent. Waar mensen botsen, waar boosheid is, daar zit een belangrijke kracht. De tweede tip is: leren om op zó’n manier om te gaan met meningsverschillen dat het wederzijds begrip erdoor wordt vergroot. Het is een kans om te leren luisteren vanuit het verlangen om meer over het perspectief van de ander te weten te komen. Dan wordt boosheid getransformeerd tot iets wat leven geeft; tot moed, liefde, verandering, compassie of gerechtigheid. Ergens begin dit jaar. Ik sta samen met een andere gastdocent (Utrechter uit Marokkaanse familie, man, heel jong, nog op school) voor een groep 6/7. Deze eerste les gaat onder andere over vooroordelen. Er gaat een vinger de lucht in. Een leerling vraagt ons of we uit Frankrijk komen. We kijken elkaar verbaasd aan. De juf kijkt ook enigszins puzzled. Logisch, zegt de leerling, jij (hij wijst naar mij) hebt zo’n Frans streepjesshirt aan, en jij (hij wijst naar mijn collega) hebt Kenzo op je trui. Allebei Frans! Hij trekt een triomfantelijk gezicht. En wij hoeven het begrip vooroordelen verder niet meer uit te leggen. De wereld is een dorp geworden, en alle bewoners zijn verbonden. Alleen het geloof in deze onderlinge verbondenheid, medemenselijkheid, dat staat op dit moment op veel plekken onder druk, schrijft Brené Brown. We zullen deze verbondenheid weer meer gaan ervaren als we momenten van pijn en vreugde met elkaar delen. Hand in hand met vreemden. Denk aan grote sporttoernooien; als WIJ de beker kunnen winnen. Maar ook tijdens stille tochten. Als WIJ samen perplex van verdriet en verbijsterd een plek moeten geven aan een voldongen feit. Collectieve vreugde en pijn zijn zo diepgaand menselijk dat de verschillen erbij wegvallen. Om uiting te geven aan medemenselijkheid hebben we woorden en beelden nodig, betoogt Brown. Kunst en verhalen die ons helpen de weg naar elkaar weer terug te vinden. Vanuit hetzelfde Deelkantoor in Bunnik, en op vele plekken in Utrecht, werkt het team van De emigratie generatie aan deze verbinding door kinderen en migrantenouderen met elkaar in gesprek te brengen over de migratie-ervaringen die deze opa’s en oma’s er zelf mee hebben. We willen hiermee generaties inspireren tot nieuwsgierigheid. Leren luisteren naar elkaar omdat ieders verhaal ertoe doet en we kunnen leren van elkaars ervaringen, van onze gezamenlijke geschiedenis en onze unieke familieverhalen. Zodat we allemaal kunnen zijn wie we zijn. Sneller reizen dan je paard
Ik word soms eerlijk gezegd best moe van mezelf. Laatst hoorde ik mij een hele rij activiteiten opnoemen en verzuchten; ‘het is een luxeprobleem, ik weet het, en ik doe ook bijna alleen maar leuke dingen in mijn leven, dus waar heb ik het over. Maar mijn weken zijn vaak zo gevuld, dat het eerder voelt als een todo lijst afwerken’. Om het antwoord van mijn gesprekspartner moest ik in eerste instantie grinniken. De indianen hebben een gezegde; je kan niet sneller reizen dan je paard. Na het grinniken werd ik stil. En op dit moment is er geen betere manier om te omschrijven wat ik ervaar dan dit oude indianen-verhaal. Ik kan in drukke tijden letterlijk te weinig ruimte om me heen ervaren. Dan zit het leven me op de huid. Een heel vervelend gevoel. Bovendien zal je net zien dat je dan een ziek kind thuis hebt. Of lekkage. Maar, niet onbelangrijk, zo ingezoomd zie ik ook mijn werk minder scherp. Ik ben zo met kleinere klusjes bezig, dat ik het grotere plaatje even moet parkeren. Terwijl mijn talent juist ligt in observeren en vragen stellen. Als antropoloog zit ik graag als een ‘vlieg op de muur’, om mijn waarnemingen daarna te analyseren. Maar continu voor mijn paard uit rennend, is er helemaal geen tijd om echt diepere verbanden te leggen, de juiste mensen grondig te spreken en de rode draad stevig vast te pakken. Een bijzonder gesprek. Een inspirerende ontmoeting. Ik doe het tussendoor, en ben soms in gedachten alweer andere dingen aan het doen. Om te voorkomen dat ik tegen iedereen die aan me vraagt hoe het is bovenstaand verhaal afsteek, heb ik de ruiter in mezelf verteld om op het paard te blijven zitten. Dat vind ik supereng, want wat als ik daardoor iets misloop? Ik leg mezelf op om, als het niet zo vlug gaat als ik zou willen, om me heen te kijken. Mijn zintuigen open te zetten en de ruimte te ervaren. Bijkomend voordeel; ineens zie ik kans om weer eens te wroeten in de tuin. Uitgebreid dat lekkere gerecht te koken. Mijn zoontje -nóg een keer!- de kieteldood te geven. En ik denk er wél aan om mijn tante even te bellen op haar verjaardag. Allemaal dingen waar ík nou energie van krijg. |
archief
September 2019
Categorieën |